Vanuit Amerika wordt de laatste dagen een nieuwe range Yeti mountainbikes gepresenteerd. Naast de SB120 en SB160 is ook de SB140 nieuw! Bij de presentatie slingeren de technische details je om de oren, dus ik neem je aan de hand van de all round SB140 mee door de belangrijkste veranderingen.
Maatspecifieke geometrie van Yeti SB140
Voor het nieuwe ontwerp van de SB140 heeft Yeti vooral gekeken naar het gevoel van de oude SB130. Een mid-travel bike zoals ze het zelf noemen en het model dat nu komt te vervallen. Yeti maakte al een SB140 in 2019, maar die had enkel een wielconfiguratie van 27,5 inch. Die is nog steeds verkrijgbaar en heet nu officieel ‘SB140 27.5’, maar krijgt dus gezelschap van de nieuwe 29 inch versie. Het gevoel van de SB130 wilde Yeti vertalen naar meer veerweg, waarbij de rijder een gebalanceerde positie van de SB130 behoudt. De ontwerpers kwamen uit op een geometrie die specifiek per maat van het frame mee verandert. Elke maat van het frame heeft zodoende bijvoorbeeld een eigen zitbuishoek. De actuele zitbuishoek loopt van 72,2 graden in maat S naar 73,7 graden in maat XXL. Daardoor blijft de effectieve zitbuishoek in alle maten tussen 77,4 en 77,5 graden.
Ook de chainstay wordt langer naar mate de framemaat groter wordt, namelijk van 43,6 cm tot 44,4 cm voor de grootste maat. De balhoofdhoek is in alle gevallen 65,4 graden. In het nieuwe model is de stack ook iets toegenomen, maar te verlagen voor een progressievere positie door de spacers weg te halen.
Van ieder model is een LR versie beschikbaar die de (effectieve) zitbuishoek en de balhoofdhoek een halve graad kleiner maakt en daardoor 10 mm meer travel in de voorvork heeft. De travel achter is in alle modellen 140 mm en in de voorvork 150 mm of 160 mm in de LR-versie dus.
Ook de Switch Infinity heeft een update gekregen. De geavanceerde schanier boven de trapas wordt in samenwerking met Fox geproduceerd en zorgt met name voor een relatief lineaire progressiecurve aan het begin van de veerweg en juist meer progressie aan het einde. Volgens Yeti zou je daardoor een bottom out gevoel niet meer voelen bij een daadwerkelijke bottom out van de achtervering. De progressiviteit (verschil tussen leverage ratio aan het begin en einde van de veerweg) is 14%.
Visueel valt ook de clearance in het de onderbuis op. Waar in het vorige model nog echt een hoek naar de bracket ontstond, loopt die hoek nu veel vloeiender. Daardoor komt de onderbuis 34 mm hoger boven de grond. Voor andere veranderingen in het ontwerp moet je goed kijken. Zo is de achtervork ook minder diep en ontstaat ook daar meer ruimte ten opzichte van de grond. De zitbuis en de stand-over hoogte heeft Yeti ook kunnen inkorten, waardoor je nog meer travel hebt voor een dropper post. De meeste mensen zouden in de kleinste maat een dropper van 150 mm moeten kunnen plaatsen (afhankelijk van de zadelhoogte).
Andere features van het frame zien we in de kabelgeleiding. De kabels worden met een klepje klem gezet bij de ingang en uitgang van het frame, zodat ze niet gaan schuiven of klapperen. De nieuwe SB140 heeft een bedrade bottom bracket (en geen pressfit). Dat is meestal iets zwaarder, maar wel duurzamer, schoner en makkelijker te onderhouden. Ook is het frame helemaal klaar voor een UDH-derailleur (Universal Derailleur Hanger).
Als je snel last hebt van keuzestress moet je misschien de verschillende opties die de Yeti met SB140 biedt maar een beetje vermijden. Het losse frame is beschikbaar voor 4.500 dollar, gemaakt van het speciaal Yeti TURQ carbon. Het instapmodel (C1) is voorzien van een Shimano combinatiegroep (SLX en XT) en gemaakt van het goedkopere C-carbon met een prijs van 6.400 dollar. In totaal zijn er 11 verschillende configuraties mogelijk, met als topmodel de LR T3 Turq van 11.700 dollar, voorzien van Fox Factory 36 Grip 2, Factory Float X en een SRAM XX1 Eagle AXS-groep.
Meer info bij Yeti.