Rens Teunissen van Manen wint zijn eerste UCI wereldbekerwedstrijd: “Nu ben ik al bijna niet meer tevreden als ik niet op het podium sta.”

Voor de vaste volgers van de wereldbekerwedstrijden zal het misschien niet echt een grote verrassing zijn, maar indrukwekkend is het wel! Hoewel hij dit seizoen constant in de top 10 rijdt en al een paar keer het podium mocht beklimmen, wint de Nederlandse belofterenner Rens Teunissen van Manen nu met overmacht zijn eerste U23-wedstrijd op het hoogste niveau. Ik bel hem, daags na zijn overwinning.

“Dreams do come true”

Rens en ik kennen elkaar sinds januari van dit jaar. Toen spraken we uitgebreid over zijn leven en ambities, terwijl we door de bossen in de omgeving van zijn woonplaats Oosterbeek reden. Ook toen al bleek zijn ontzettende gedrevenheid en passie voor de mountainbike. Vlak na zijn overwinning schrijft hij op Instagram in hoofdletters: “Dreams do come true”. Nu – aan de telefoon – vraag ik of hij alweer met beide benen op de grond staat. “Eigenlijk vanaf de eerste keer dat ik zulke wedstrijden zag, heb ik er altijd van gedroomd om er een keertje zo eentje te winnen. Dat dit nu gebeurt, ja, dat is natuurlijk helemaal geweldig.”

Foto begin 2025

Voor de vaste volger is het misschien geen verrassing, want Rens is dit seizoen een constante waarde in de top 10 van U23-wedstrijden. Toch overvalt dit succes hem ook enigszins: “Het gaat met de weken eigenlijk beter. In Nové Město had ik een groot deel op kop gereden en verloor ik het in de sprint. Dus ik wist al wel dat de benen goed waren en dan hou je er rekening mee dat het kan gebeuren. Maar ik had nog niet verwacht dat het meteen in Val di Sole zou lukken.”

Hij heeft de afgelopen weken goed getraind. Samen met KMC Ridley Racing teamgenoot Tom Schellekens verblijft hij na de wereldbeker van Leogang al in Val di Sole: “Ik heb wel twee weken goed getraind, maar ik wist niet of ik dan ook goed genoeg zou zijn om zo’n strak tempo voor zo’n lange tijd te rijden. Die jongens die erachteraan rijden, zijn natuurlijk ook gewoon wereldtop en ik wist niet of ik dit er al in zat.”

Of de warme en droge omstandigheden in Val di Sole een rol hebben gespeeld, vindt Rens moeilijk te zeggen, want hij gedijt goed in zulk weer: “Ik heb er eigenlijk 0,0 last van en heb dit veel liever dan bijvoorbeeld regen, zoals in Leogang. De warmte speelt wel een rol. Goed blijven koelen, want als je dat niet op orde hebt, kom je jezelf echt wel tegen na een half uur. Maar dat hadden we met de ploeg goed geregeld, met koelvesten tijdens de warming-up en ijs en koelbidons langs het parcours.”

Ontspanning voor de start

Teunissen van Manen wist na een tweede plek in de short track van Val di Sole al dat het met de benen goed zat dit weekend. Toch merkt hij een opvallend verschil met de korte race op vrijdag: “Eigenlijk had ik voor de start een heel erg rustig gevoel of zo. Ik had helemaal geen zenuwen eigenlijk, terwijl ik dat voor de short race op vrijdag wel had. Normaal gesproken, als ik me zo rustig voel, dan rijd ik niet mijn beste wedstrijden. Dus ik was eerst een beetje bang.”

Als de wedstrijd al even op gang is, blijkt die angst ongegrond: “Na drie ronden zat ik zo makkelijk in de wedstrijd. Ik dacht van: ja, dan ga ik eens proberen om in het moeilijke bosstuk mezelf op kop te zetten. Toen ik dat korte stukje uitkwam, lag ik tien seconden voor en heb ik eigenlijk alleen maar de blik naar voren gehad.” Ik vraag hem of dat niet juist moeilijker is. Geen punt om naartoe te rijden. Rens: “Eigenlijk vind ik alleen rijden wel het fijnste. Als je je goed voelt en je rijdt er vooruit, dan kan je gewoon echt helemaal je eigen ding doen. Je kan je eigen lijnen rijden. En dat is toch wel het lekkerste”.

Wanneer Teunissen van Manen de kop forceert, is hij nog niet half koers: “Dus had ik ook wel in het achterhoofd van joh… Probeer nog wat over te houden voor de laatste twee rondes.” Hij weet gestaag de voorsprong uit te bouwen en geeft de laatste rondes vol gas. Toch maakt in het zicht van de finish een nieuw mentaal aspect zich van hem meester: “De laatste rondes ben ik met wat ik nog had gaan rijden, maar toen had ik een kleine valpartij in de laatste ronde.”

Obstakels

Hij valt op dezelfde plek als Puck Pieterse bij de dameswedstrijd. Een boom met veel blootliggende wortels waar omheen de renners naar beneden moeten draaien, zorgt voor problemen. “Ik kwam Puck nog tegen voor mijn koers en ze zei nog dat ik dáár vooral moest opletten. Nou, het ging de hele koers goed en de laatste ronde krijg je zo’n besef dat je moet gaan opletten, anders ontglipt het je nog. Maar toen ik dat begon te denken, begon ik juist allemaal foutjes te maken.” En dus ook bij die boom.

Gelukkig is de overmacht van Rens zo riant dat hij uiteindelijk alsnog in alle rust en solo over de finish kan bollen. Ik vraag hem of hij zijn gevoel op dat moment onder woorden kan brengen: “Ja, dat is echt… Het is zo’n euforie, dat heb ik nog nooit eerder gehad. Ik heb wel vaker wedstrijden gewonnen, maar dit is echt het allergrootste podium wat er is voor de mountainbikers.”

Op de finishlijn staat de ploeg klaar en wordt hij overladen met felicitaties: “Bart (red. Brentjens) was heel trots. De bondscoach, Gerben (red. de Knegt), was er ook bij. Iedereen vond het helemaal geweldig.” En toen natuurlijk groot feest ’s avonds? “Nee, we hebben het bescheiden gehouden. Maandag moesten we weer naar huis en was het weer een gewone dag. En dan kijk je al heel snel weer verder wat er nog aan zit te komen.”

Meer van dit

Toch proef ik aan alles in ons gesprek dat deze overwinning naar meer smaakt. Hij zegt: “Komende weken rijd ik in Andorra en het NK en EK. Andorra heb ik niet per se een groot doel van gemaakt, maar het NK en EK wel. En ja, dan zit je ook alweer na te denken of ik nog wat beter kan worden in de komende weken richting die wedstrijden. Maar ik had mijn vader aan de lijn na afloop en zei: het seizoen is al geslaagd en we zijn net onderweg.” Hij vult aan: “Alle grote doelen die ik voor dit seizoen heb opgeschreven, die moeten nog komen. Dus…”

Als ik hem vraag naar ons gesprek begin dit jaar en of hij had gedacht al op zo’n niveau te kunnen presteren, antwoordt hij: “Ik hoopte begin van dit jaar dat ik een constante top 5-renner zou kunnen zijn. Dan was ik heel tevreden geweest, als iemand me dat van tevoren had gezegd. Maar nu ben ik eigenlijk al bijna niet meer tevreden als ik niet op het podium sta.” We lachen erom en hij vult aan: “Ja, dat is snel veranderd.”

Meer over KMC Ridley MTB Racing Team.

Foto’s Val di Sole 2025 door Piotr Staron.